Het laatste jaar hebben wij weer helemaal ons hart verpand aan Ligurië. een langgerekte regio die eigenlijk de hele noordwest kust van Italië omzoomd en loopt van Zuid-Frankrijk tot aan Toscane. Wij werkten er 20 jaar geleden al in het Palazzo del Maggiore, een fantastisch hotel, met bar, restaurant en een eigen kapelletje. Nu komen we er om te genieten van de rust, de bergen en het uitzicht.
Omdat de regio zo langgerekt is, zijn er nogal wat verschillen. Ligurië staat bekend om haar prachtige stranden en schitterende kustdorpjes als Portofino en de dorpen die deel uitmaken van de Cinque Terre. Genua is de hoofdstad van het gebied en tevens de trotse grondlegger van de wereldberoemde pesto alla genovese. Er wordt gezegd dat in deze grote havenstad de vrouwen klaarstonden met schalen vol geurige gerechten als hun mannen (onder wie de beroemdste van allemaal: Columbus!), na maanden of jaren op zee, trek hadden in verse groenten en kruiden van hun geboortegrond. En inderdaad, op die geboortegrond groeit nogal wat. Overal in het wild vind je verse tijm, wilde venkel, salie en oregano. De smalle strook tussen kust en bergen staat vol met vele soorten fruitbomen en natuurlijk olijfbomen. De Ligurische olie wordt als een van de beste van Italië bestempeld; zacht van smaak, licht van kleur, grassig, Verrukkelijk! In de binnenlanden zijn de heuvels en bergen bedekt met voor het overgrote deel overwoekerde olijfbomen. Het oogsten op de hellingen en de moeilijk begaanbare stukken is zo kostbaar, dat het tijdenlang niet opwoog tegen de opbrengst. Verder halen we regelmatig bij de plaatselijke alimentari een stukje torta verde, maar ook de supermarkt heeft een lekkere bij de versafdeling. Taart met groene groenten als snijbiet en spinazie, rijst en verse kruiden. Voedzaam, gezond en makkelijk als snack. Oh, en de olive taggiasche, kleine zwart-bruine olijfjes met pit - zeer smaakvol. Altijd gaat er een flinke hoeveelheid mee terug naar huis; om zo te eten of te verwerken in een stoofpot met konijn, typisch Ligurisch. Nu heb ik de vis nog niet eens genoemd. Want met leuke kustplaatsen als Bordighera en Imperia in het westen, de Cinque Terre in het midden en ook nog eens Monaco, Nice en de rest van de Franse rivièra vlakbij, is er daar voldoende van te vinden. A presto Bella Liguria! Toscane is denk ik toch nog steeds de meest bekende regio van Italië. Niet alleen vanwege de vele beroemde kunststeden als Florence, Siena, Volterra en San Gimignano, maar ook vanwege het landschap. Al eeuwen gecultiveerd en schitterend onderhouden. Glooiende heuvels met cipressen, oude dorpjes of mooie villa's erboven op. Kleine akkers met tarwe-, maïs-, graan- en bonenvelden.
De Toscaanse keuken wordt vaak omschreven als de 'cucina povera', de boerenkeuken. Daarmee wordt bedoeld dat de keuken niet heel verfijnd is, maar dat men gebruik maakt met wat voor handen is. Het rijkelijk gebruik maken van rozemarijn, tijm en salie en de scheut olijfolie die overal doorheen gaat, bewijst dat. De Toscaanse maaltijd begint doorgaans met crostini, krokant gebakken broodjes met bij voorkeur een paté van kippenlevertjes. Gevolgd door een stevige, voedzame soep, vol met groenten van het seizoen en al de nodige koolhydraten bevattend. Pasta is traditioneel niet het sterkste punt van de Toscanen, maar voor pappardelle met cinghiale (everzwijn) of la lepre (haas) kun je een Toscaan wel wakker maken. Wild, gevogelte, varkensvlees en aan de kust vele soorten vis, worden geroosterd, gegrild en op smaak gebracht met de al genoemde kruiden of chilipeper en venkelzaad. Als bijgerecht zijn bonen altijd op de kaart terug te vinden. Toscanen worden namelijk van oudsher ook wel 'mangiafagioli', boneneters, genoemd. Uiteraard worden de gerechten vergezeld van een goed glas, meestal rode, wijn. De Chianti is een hele bekende, maar ook een van de beroemdste en tevens duurste wijnen van Italië komt er vandaan: de Brunello di Montalcino. Cin cin! Moscato d'Asti is de wijn die traditioneel gezien gedronken wordt bij de panettone (KERST) of colomba (PASEN). De FESTA is een licht mousserende zoete feestwijn, gemaakt van de Moscato druif uit de heuvels van Piemonte (Italië). Uiteraard combineert deze dessertwijn met een laag alcoholpercentage (5%) ook geweldig bij taart, chocolade en andere zoete desserts. La Trava - Piemonte (de makers van FESTA wijn) Het wijnhuis ‘La Trava’ ligt in Piemonte, tussen de glooiende heuvels van ‘de Langhe’. We kwamen daar ooit terecht met onze camper toen we op hun camperplaats stonden en hebben zo het eerste contact gelegd. Inmiddels produceren zij al vele jaren onze Festa wijn die ook nog eens de DOCG status heeft gekregen. In dit wijngebied worden enkele van de beste wijnen van Italië gemaakt: Barolo, Barbaresco, Dolcetto, Nebbiolo en Barbera. La Trava is eveneens vol passie bezig met de productie van wijn. De liefde voor het wijn maken komt voort uit de liefde voor hun ‘roots’. Zij zetten de oude familietraditie van het bewerken van de wijngaarden voort; liefdevol en geduldig volgen ze elke stap in de wijnproductie. Met respect voor het natuurlijke verloop van de seizoenen, kiezen ze voor het meest eerlijke, duurzame en pure product. Naast het productiebedrijf in de heuvels, hebben de dochters een vinoteca (wijnbar) in Savona. Mocht je ooit in de buurt zijn en langs willen gaan, ze ontvangen je met open armen! www.latrava.it en www.facebook.com/latravasavona. Als je ook wilt genieten van deze heerlijke Festa, bestel hem dan mee met je panettone (kerst) of colomba (pasen) of zomaar via panettone-shop.nl. Cin cin! Een van mijn favoriete Renaissance kunstenaars is Jacopo Pontormo (1494-1556), door de meesten beschouwd als Maniërist, waardoor niet iedereen mijn mening deelt, maar voor mij gaat het om de emotie. Meerdere keren ben ik erg geraakt geweest door zijn werk en steeds laat het weer een diepe indruk op me achter. Ik weet alle keren nog precies en kan zelfs hetzelfde gevoel dat ik had toen ik er oog in oog mee stond, oproepen. Als dat geen emotie is! De eerste keer dat ik een werk van Pontormo zag, was tijdens een studiereis door Toscane. We stonden in Florence in een vrij donker kerkje, de Santa Felicità. Terwijl onze ogen aan het donker aan het wennen waren, gooide de docent een muntje in een apparaat en floepte het licht aan in een hoek van de kerk. Daar zagen we een groot paneel (313 x 192 cm) vol emotie! Diepe, intense blikken die ons als kijker lijken te smeken om hulp. Dat gevoel wordt versterkt door de voorste figuur die ons aankijkt en ons als het ware het schilderij in trekt. De bijzondere kleuren maken dat je wilt blijven kijken en het liefst steeds weer even terug wilt om een muntje in het apparaat te gooien.
Later die week bezochten we een klein dorpje op het Toscaanse platteland. We liepen de kerk in, waar een dienst bezig was. Onze docent gebaarde ons echter dat we in de ruimte ernaast moesten zijn. Door een gordijn liepen we het donker in. Er startte een film. Ik was totaal overdonderd. Naar een werk van Pontormo, de Visitatie, had de Amerikaanse kunstenaar Bill Viola een video-installatie gemaakt. Twee vrouwen staan te praten op straat. Hun gesprek wordt plotseling onderbroken door een derde vrouw, die maar een van de twee vrouwen lijkt te kennen. De nieuwe vrouw negeert de achterste vrouw volledig. Fluistert zelfs op een gegeven moment iets in het oor van de ander. Het voelt allemaal erg ongemakkelijk aan. Doordat het in extreme slow motion wordt afgespeeld, blijft de spanning gedurende de tien minuten durende film constant aanwezig. 15 jaar nadat ik deze bijna magische ontmoeting met Pontormo en Bill Viola had, viel ik in Florence met mijn neus in de boter. Zonder het van tevoren te weten, was er in het Palazzo Strozzi een tentoonstelling van mijn beide helden. Wat een cadeau! De installatie "The Greeting" hing naast het echte schilderij van Pontormo, waar de installatie dus op gebaseerd is. Niet vaak komt iets zo mooi samen. Ik geloof dat ik het nooit zal vergeten. Nu de spinazie de grond uit spuit, is het fijn wat gerechten voorhanden te hebben om mee te kunnen variëren. Een geweldige combinatie is spinazie en ricotta (ri-cotta = opnieuw gekookt en verwijst naar de methode waarop ricotta gemaakt wordt). In Italië kochten we regelmatig verse ricotta bij een boer op een berg - er is bijna niets lekkerders! Echt verse ricotta eet je op de dag zelf als dessert of met een beetje hele goede zachte olijfolie. Maar het is in Nederland moeilijk te krijgen. In ons restaurant gebruikten we de mozzarella en ricotta van www.buffalofarmtwente.nl wat echt geweldig is! Ze hebben nu ook een webshop voor particulieren: www.heerlijkemozzarella.nl. In de Italiaanse keuken gebruikt men veelvuldig spinazie en ricotta in gerechten: in de ravioli, de cannelloni, de malfatti of zoals in het recept hieronder in kleine taartjes. We noemen de combinatie 'alla fiorentina', bereid op de manier waarop ze het in Florence bereiden. De Fransen gebruiken dezelfde uitdrukking 'à la florentine' om een bepaalde bereidingswijze mee aan te duiden, waarbij spinazie en ricotta vaak een rol spelen. Maar: wat heeft Caterina de' Medici te maken met deze klassieke combinatie? De oorsprong van dit Franse culinaire verband tussen Florence en spinazie is tot haar terug te leiden. Caterina de' Medici, die in 1533 van Florence naar Frankrijk reisde om echtgenote te worden van Henri II, maakte volgens de overlevering de combinatie van spinazie met andere ingrediënten populair. Via de keuken van het hof naar alle keukens van Frankrijk, Italië en nu ook Nederland! Maak deze spinazie-ricottataartjes en waan je in de 16e eeuw! Voor 10/12 stuks: 500 gram ricotta (zo vers mogelijk) 80 gr zure room 1 ei, licht geklopt gemalen zwarte peper snufje versgemalen nootmuskaat 500 gr verse spinazie, gewassen 50 gram Parmezaanse kaas 40 gram geroosterde pijnboompitten Klopt de ricotta extra romig in een kom. Meng met de zure room, het ei, peper en nootmuskaat. Laat de spinazie kort slinken in gezouten kokend water. Giet af en koel hem onder de koude kraan (dan stopt het kookproces en blijft de spinazie mooi groen). Knijp het water eruit en hak fijn. Roer de spinazie, de Parmezaanse kaas en de pijnboompitten door het ricottamengsel. Schep dit in ingevette vormpjes en bak ze ca. 25 minuten op 160 graden of tot ze stevig en goudbruin zijn. Buon appetito! |
AuteurCarolien studeerde Italiaanse taal en cultuur, startte winkel 'Il Sogno' in Amerongen, Amsterdam en restaurant 'Il Sogno' op Landgoed Zuylestein. CategorieënArchief
Januari 2024
Blijf op de hoogte!
|